Opus Dei 1 jaar in Rusland

De prelatuur van het Opus Dei heeft het eerste jaar van haar aanwezigheid in Rusland afgesloten, een jaar waarin haar leden zeggen veel geleerd te hebben van de rijkdom die de rooms-katholieke en Russisch-orthodoxe kerken elkaar kunnen bieden.

Een jaar geleden heeft het Opus Dei in Rusland centra geopend. De aartsbisschop van het Moeder van God aartsbisdom in Moskou gaf twee parochies aan priesters van het Priestergenootschap van het Heilig Kruis, een genootschap van clerici intrinsiek verbonden aan het Opus Dei. Het bestaat uit clerici van de prelatuur die automatisch lid worden en andere diocesane priesters en (transeunt) diakens. De prelaat van het Opus Dei is het hoofd.

Om de eerste verjaardag van het werk van Opus Dei in Rusland te herdenken, zijn Missen gevierd op of nabij 26 juni, het feest van de stichter van de prelatuur, de heilige Jozefmaria Escrivá.

Alejandro Burgos, een van de priesters die zorg draagt voor een van de Russische parochies, vertelde Zenit dat “Rusland altijd een christelijk land is geweest, met een grote liefde voor Maria, die haar in het bijzonder beschermd heeft. Het communisme heeft diepe sporen achter gelaten, maar er zijn tegenwoordig enkele tamelijk goede tekenen: een groot percentage van de Russen is al gedoopt. Het verstikkende laïcisme, dat het religieuze leven in het Westen zo ondermijnde, is hier niet aanwezig.”

“Bovendien, als je spreekt over geloof in Rusland, spreek je over oecumene,” zei hij. “Persoonlijke relaties tussen katholieken en orthodoxen zijn over het algemeen goed. We genieten een eenheid in verscheidenheid, omdat we een grote eenheid in geloof ervaren en dat de grote rijkdom van elk geloof kan bijdragen aan de ander.”

Van de dingen die op de gelovigen van het Opus Dei de meeste indruk maakt is “het grote geloof en toewijding van vele Russische gelovigen die in staat waren zichzelf vele jaren weg te cijferen voor Christus,” aldus Burgos.

Leren

Gabriela Santa Maria, een van de gelovigen die in Rusland deel uit maakt van deze nieuwe apostolische inspanning, legde Zenit uit dat “ofschoon voorlopig op kleine schaal, zijn we gekomen in de hoop onze Russische broeders en zusters en de Kerk in dit land te helpen en om veel van hen te leren. We realiseren dat ons werk net begonnen is en dat vele mannen en vrouwen nog jaren een groot deel van hun leven offeren om hun geloof in eenheid te leven.”

“De christelijke geest is essentieel, net als die van het Opus Dei, om verder te gaan met wat ons verenigt, om te proberen oprecht te werken en samen te werken met alle mensen van goede wil op de vele gebieden van het algemeen belang,” voegde ze eraan toe. “Deze werkwijze is wat een pluralistische wereld hard nodig heeft en wat wordt verwacht van christenen, we moeten zout en licht zijn.”

Aartspriester Vsevolod Chaplin verwelkomde het Opus Dei en merkte op dat haar energie en trouw “aan de christelijke idealen groot respect verdient.”

“Met blijdschap kunnen we zeggen dat we in Rusland kunnen rekenen op de genegenheid van veel mensen die behoren tot de orthodoxe kerk, maar ook van niet-christenen die zich aangetrokken voelen tot de diepe en belangrijke boodschap van de heilige Jozefmaria.”

In dit jaar gewijd aan de heilige apostel Paulus, wat zowel door de rooms-katholieke als orthodoxe kerk wordt gevierd, “bidden we in het bijzonder voor de christelijke eenheid,” aldus Santa Maria.

“Sinds onze komst in Moskou,” vervolgde ze, “hebben we gerekend op de genegenheid van het [Orthodoxe] patriarchaat, zoals bijvoorbeeld werd uitgedrukt door de vicevoorzitter van de Afdeling voor Buitenlandse Kerkelijke Zaken van het Moskouse patriarchaat, aartspriester Vsevolod Chaplin, die de personele prelatuur van het Opus Dei verwelkomde en opmerkte dat haar energie en trouw “aan de christelijke idealen groot respect verdient.”

Op zijn beurt zei José Antonio Senovilla García, de vicaris van het Opus Dei in Moskou, dat de prelatuur in Rusland is om “de mensen te helpen Christus te ontmoeten en zo God in het dagelijkse leven te vinden. We zijn gekomen om van de Russische mensen te leren.”

Zenit.org // Miriam Díez i Bosch